U bent hier

1904.10.17

De geschillen over de gronden blijven voortduren. Op 19 oktober publiceert Maria Vilain een open brief in de krant Correio do Povo, waarin ze schrijft dat haar vader, Jean Baptista, 3 aandelen bezat van de Belgisch-Braziliaanse Kolonisatiemaatschappij en aldus recht had op 75 aren land of 7.500 m². Dit wordt echter ontkend door Alexandre Justino Regis, die beweert de eigenaar van deze gronden te zijn en gerechtelijke stappen onderneemt. 

Aan het publiek.

Opdat de vervolging die tegen ons is ingesteld door het vermeende recht van de heer Alexandre Justino Regis op grond in Ilhota in de gemeente Itajahy, die eigendom is van mij en mijn moeder, niet ongestraft blijft. De grond is al 60 jaar lang in het bezit van mijn familie op grond van een contract met een Belgische maatschappij [de Belgisch-Braziliaanse Kolonisatiemaatschappij]. Ik woon al 32 jaar op deze grond in een door ons gebouwd huis, ik bebouw de grond, onderhoud de wegen en heb altijd belastingen betaald. Ik protesteer omdat de heer Regis een gunstig vonnis heeft bekomen van de rechter van dit arrondissement in de zaak die hij in mei van dit jaar tegen ons heeft aangespannen. Tegelijkertijd maak ik de trieste gevolgen bekend waarvan wij het slachtoffer zijn geworden door het onmenselijke gedrag van de heer Regis, die, als hij niet door een menselijke rechter wordt gestraft, door God zal worden gestraft!

Een jaar of zeven geleden probeerde deze heer dezelfde uitzettingsactie uit te voeren, wat hem toen niet lukte omdat hij geen documenten had om zijn vermeende bezit te bewijzen. Vertrouwend op rechtvaardigd en recht werkten wij verder op ons land, maar op 31 mei kwamen twee deurwaarders bij ons arme hutje aan, vergezeld door twee politieagenten, gewapend met sabels en geweren. Zij zeiden dat zij op bevel van de rechter gekomen waren om alles op straat te zetten en het land te ontruimen. Anders zouden ze ons gevangennemen.

Ik antwoordde dat die grond en het huis van mij en mijn moeder waren en dat ik dus niet zou vertrekken. Toen volgde de arrestatie.

Aangezien mijn 84-jarige moeder mij niet kon vergezellen omdat zij ziek was, kwam ik pas de volgende dag, en niet dezelfde dag, omdat ik geen 5 of 6 mijl te voet kon afleggen.

Op de vermelde dag, om één uur 's middags, meldde ik mij in de woning van de rechter, die mij vertelde dat ik orders had genegeerd en beval dat ik naar de gevangenis zou worden gebracht, samen met Manoel João Baptista Bondim, aandeelhouder van voornoemde Belgische maatschappij, Vincente Correia dos Santos en Leandro Maes.

In een dergelijke droevige situatie nam ik, een arme weduwe van 54 jaar, mijn toevlucht tot een advocaat, de heer Francisco Margarida. Hij is er, na enige moeilijkheden te hebben ondervonden en nadat ik drie dagen in de gevangenis had doorgebracht, in geslaagd om mij op borgtocht vrij te krijgen, zodat ik mij in vrijheid kon verdedigen in een proces wegens ongehoorzaamheid. Tijdens dat proces, waarvoor ik op 21 september werd gehoord, werd ik samen met de andere slachtoffers unaniem vrijgesproken. Ik zeg slechts proces omdat mijn geweten mij van geen misdaad beschuldigt. Als arme vrouw kon ik geen weerstand bieden aan vier mannen die mij gevangen wilden nemen!

Ten gevolge van een dergelijke onrechtvaardige vervolging en verschrikt door zo'n gruwelijk onrecht, vertoont mijn oude moeder, die ondanks haar 84 jaren nog goed bij zinnen was en nog steeds huishoudelijke taken op zich nam, steeds meer tekenen van hersenverzwakking en is ze ook haar goede gezondheid verloren. Mijn zieke broer Johannes Baptist Villain, vader van 5 minderjarige kinderen, kon onze tegenspoed niet aanzien en overleed op 5 september.

De ongelukkige Manoel João Baptista Bondim, vader van acht minderjarige kinderen en ook doodsbang voor het proces dat tegen hem was aangespannen, werd gek en zat al in het huis van de familie opgesloten omdat hij een zelfmoordpoging had ondernomen! Ikzelf ben beroofd van wat mij toebehoort, ben uit mijn huis gezet en verjaagd van de grond waar ik 32 heb gewerkt en eerlijk mijn kinderen heb opgevoed, die nu gelukkig allemaal getrouwd zijn. Ik ben al 20 jaar lang weduwe en ben achtergebleven met 6 minderjarige kinderen, maar ik ben niet gek geworden omdat God hiermee niet gediend is!

Zo ziet u in welke ellende wij terecht zijn gekomen door de onmenselijkheid van de heer Alexandre J. Regis, van wie we niet weten wat hij nog meer van zijn ongelukkige slachtoffers wil.

Tot slot vragen wij: welke documenten heeft de heer Regis voorgelegd om zijn vermeende recht te doen gelden? De onze, die gevoegd zijn bij het dossier van het Hooggerechtshof, vinden echter hun oorsprong in de drie aandelen in het contract van de in 1844 in België opgerichte maatschappij, toebehorend aan mijn vader, de elf jaar geleden overleden João Baptista Villain, die in België geboren is, en aan mijn moeder, die in dat jaar hierheen is gekomen met Carlos Vandeleid [Charles Van Lede], die reeds grond was komen kopen voor de genoemde maatschappij om er een kolonie te stichten.

Deze gronden, een vierkante mijl in de plaats Ilhota, tussen Itajahy en Blumenau, werden gekocht van kapitein José Henrique Flores en andere in Belchior en Sarceiro, op dezelfde plaats, maar wij weten niet van wie.

De maatschappij werd ontbonden vóór het verstrijken van de termijn van 10 jaar en verschillende bezitters van aandelen in deze gronden trokken weg. Mijn vader liet echter nooit zijn bezit achter zonder dat iemand in zijn plaats achterbleef. Er woonde een onlangs overleden zoon in Florianópolis genaamd Guilherme Baptista Villain, 14 jaar, en ik woonde al 32 jaar op dezelfde gronden tot 31 mei van dit jaar, de datum waarop wij gedwongen werden onze gronden te verlaten.

Welnu, gedurende de 60 jaar dat wij eigenaar waren van deze gronden, is dit bezit ons nooit aangevochten. Pas 7 jaar geleden eigende de heer Regis zich dit recht toe zonder enig document, naar wij vernemen. Daarom is het hem destijds niet gelukt en nu ineens wel! Gelukkig hebben wij nog steeds vertrouwen in het rechtssysteem van onze Staat en zullen we binnenkort een zaak aanspannen tegen deze oplichter, aangezien wij ons reeds tijdig hebben voorbereid. We zijn er namelijk van overtuigd dat ons verlies in deze zaak te wijten was aan de vertragingen in onze verdediging.

Itajahy, 17 oktober 1904

Maria Villain

Data: 
maandag, 17 oktober, 1904
Ilhota

Lei de Incentivo à Cultura, apoio e patrocinadores

Logo Lei Cultura

Apoio
Logo Embaixada Logo Consulaat SP Logo Ilhota Logo Ilha Belga
Patrocínio Realização
DesleeClama Impextraco Parafix Secretaria especial da cultura

Agradecemos as empresas pelo patrocínio da exposição “A colônia belga e seus descendentes no Vale do Itajaí”, projeto aprovado pela Lei Rouanet.

O curador da exposição é Marc Storms, coordenador do "Patrimônio belga no Brasil". Ela foi elaborada com a Associação Ilha Belga e é apoiada pelo Embaixador da Bélgica, Sr. Patrick Herman, o Cônsul Geral da Bélgica para São Paulo e região Sul, Sr. Matthieu Branders, o Cônsul Sr. Thomas Maes e o Sr. Jeroen Servaes, Cônsul Honorário em Florianópolis (SC).

Os textos da exposição são de autoria de Marc Storms, a partir de pesquisas bibliográficas e iconográficas, que orientou a seleção das imagens e a concepção expográfica. Ana Starling da Bizu [estúdio e editora] desenvolveu o design gráfico da exposição. Sueli Ana dos Santos, presidente da Associação Ilha Belga, coordenou os vídeo-depoimentos que foram gravados e editados por Raul Neves e sua equipe da TV Gaspar. Daniel Hostins, vice-presidente da Associação Ilha Belga, coordenou as pesquisas em relação às árvores genealógicas. Alessandro de Oliveira Amadeu da CQS/FV Advodagos coordenou a assessoria e orientação em clearance jurídico. Rafael Aleixo cuidou da contabilidade.